Incanto Images Fotografie

Incanto Images betekent betoverende foto's.
Ik hoop dat de betovering werkt en dat je kan genieten van de foto's.
Van macro- tot landschapfotografie en alles wat daar tussen in zit.





Posts tonen met het label Rode heidelucifer. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Rode heidelucifer. Alle posts tonen

Westerheide

31-07-2011
Vandaag gaan we naar mijn speelplaats van vroeger. Ik klom de muur over die tussen de schuurtjes stond en ik was op de Hilversumsehei, wist niet anders, maar weet nu van Loes dat dit de Westerheide is.
Heb daar heel wat hutten gebouwd en nooit naar de kleine beestjes gekeken, is ook niet helemaal waar, die kleine beestjes die ik mee naar huis nam, vond mijn mams nooit zo leuk. Spinnetjes, torretjes en muisjes in een doosje. Wat was de hei groot, of was ik zo klein, nu lopen we van de ene kant naar de andere kant of het niets is. Maar we doen er wel bijna de hele dag over, overal komen we mooie marco voorwerpen tegen.

Het grasklokje (Campanula rotundifolia) is een vaste plant uit de klokjesfamilie (Campanulaceae). De soort wordt in Nederland wettelijk beschermd. De plant wordt tussen de 10 en 50 cm hoog. De bloemkroon is meestal blauw, maar soms wit. De bloemkroon heeft de vorm van een klok en telt vijf lobben. De bloemkroon wordt tussen de 1 en 2 cm lang en knikt. De kelkslippen zijn priemvormig. De stengelbladen zijn lijn-lancetvormig en de bladrand is ongetand. De bloemen staan in een pluim. De rozetbladeren zijn rond van vorm en hebben een hartvormige voet. De bladrand is gekarteld.

Het grasklokje komt voor in de koude en gematigde streken van het noordelijk halfrond. In de Benelux groeit de soort op goeddoorlatende grond. Zo komt de plant voor op zandgrond, krijthellingen en ook op stenige plaatsen, taludbeddingen van spoorwegen en in rotsspleten.

En we lopen weer een paar passen verder, op zoek naar het Klein warkruid, Loes was dit al tegen gekomen, maar het is toch best wel lastig zoeken. Het staat niet overal en wat we vinden is eigenlijk op dat moment op. Maar we zoeken verder en vinden weer een paar verse stukjes.

Klein warkruid (Cuscuta epithymum) is een plant uit de windefamilie (Convolvulaceae). In Nederland is klein warkruid vrij zeldzaam en zeer sterk afgenomen. De soort staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten. En maak tussen deze warboel nu maar een goede foto. Waar moet ik zoeken. ...??? We hebben er alle twee last van, wanneer één van ons weer een goed plekje hebben gevonden wisselen we even..

Dat die stengeltjes van klein warkruid (Cuscuta epithymum) rood zijn, heeft te maken met zijn parasitaire leefvorm. Wanneer deze plantjes in het voorjaar ontkiemen, bevat de kiem nog enig bladgroen. De kiemplanten gaan echter zo gauw mogelijk op zoek naar een waardplant, winden zich om de stengel en dringen met boorwortels het vaatstelsel van de gastheer binnen. Vanaf dat ogenblik is de plant een parasiet en ‘steelt’ hij zijn voedingsstoffen bij de waardplant. Eigen bladgroen is dan niet meer nodig. Vandaar die roze tot rode stengels. Hij kan zich nu optimaal ontwikkelen, vertakt zich, bloeit met kleine roze bloemetjes die in een soort bolletje bij elkaar staan en zet zaad. De zaadverspreiding gebeurt via water, of via de maag en uitwerpselen van dieren die van de waardplant eten.

De bloem is klein, klokvormig en lichtroze. De bloemen vormen dichte kluwens tot 1 cm doorsnede, die bloeien van juli tot september.

Een oude naam voor klein warkruid is duivelsnaaigaren. Als je de betekenis van zo’n naam op je laat inwerken, bedenk je dat men vroeger iets vreemds, opvallends of onverklaarbaars al gauw aan de duivel toeschreef. Men wilde er liefst zo weinig mogelijk mee te maken hebben. En als je de foto bekijkt, lijkt het plantje dan niet precies op een niet meer te ontwarren kluwen garen? Al kennen we ook dat bijna niet meer!


Wanneer we uitgespeeld zijn op dit plekje lopen we verder het pad af en komen de kopjesbekermos tegen, die stonden eigenlijk al een hele tijd op mijn lijstje, deze leuke trompjes zijn zo klein, dat had ik dus niet verwacht. Nu even hier iets moois van proberen te maken, Loes heeft deze al en loopt iets verder de Westerheide op, en komt daar de trechterspin , doolhofspin tegen.  Wanneer je met je snoet zo laag zoekt kom je heel wat moois tegen.

Kopjesbekermos (Cladonia fimbriata) , zijn net kleine bekertjes. Korstmossen zijn eigenlijk geen planten, maar een samenwerking (symbiose) tussen schimmels en algen. De schimmels bepalen de vorm en de algen zorgen voor de fotosynthese, maar in plaats van suiker zoals bij normale fotosynthese maken deze algen suikeralcoholen die door de schimmel kunnen worden gebruikt.
Omdat het op veel verschillende plaatsen groeit, is het heel algemeen in ons land. Je vindt kopjesbekermos op de grond op humus of op vermolmd hout.

Naast de kopjesbekermos staat de rode heidelucifer (Cladonia floerkeana) , beide uit dezelfde korstmossenfamilie maar met een totaal ander uiterlijk. Waarom de naam rode heidelucifer gekozen is lijkt mij wel duidelijk.

In de wereld van het heel kleine kom je vaak heel verassende dingen tegen. Wat zijn ze klein en apart om te zien, ze lijken inderdaad op kopjes van de lucifer, het is slechts maar een paar cm hoog.


We komen ook nog beestjes tegen, het lieveheersbeestje (Coccinella septempunctata) heb ik nog niet zo vaak om de foto kunnen zetten. Wat kan zo'n klein LHB snel lopen, scherpstellen was toch wel even werken. Lieveheersbeestjes leven zowel van planten en schimmels als van kleine diertjes, veel soorten zijn sterk gespecialiseerd. De bladluisetende soorten worden vaak als nuttig gezien maar soorten die schimmels of planten eten verspreiden ziektes en worden beschouwd als plaaginsecten.

De meeste lieveheersbeestjes leven ongeveer een jaar. Het aantal stippen zegt dus niets over de leeftijd.  
Als je een lieveheersbeestje "pest" door zachtjes op hem te drukken dan produceert hij een gele vloeistof. Dit gedrag heet "reflexbloeden". De vloeistof (hemolymfe), die tevoorschijn komt bij het femoro-tibiale gewricht van de poten, heeft een kwalijk geurtje en smaakt erg bitter. Vogels die een lieveheersbeestje oppakken proeven dit bloed en laten hem dan soms snel vallen. Het rood met zwarte kleurpatroon is dan ook te beschouwen als een waarschuwing.

..en ook nog proberen om hem op een leuke plek op de kiek te zetten. Er zijn er dan ook heel veel de prullenbak in gegaan.



De naam lieveheersbeestje is een herinnering aan de tijd dat de Germanen in Europa gekerstend werden. De bestaande Germaanse naam voor het kevertje, Freyafugle, vogel van de godin Freya, werd verchristelijkt tot onzelievevrouwebeestje of lieveheersbeestje. De eerste vertaling leeft voort in het Duits (Marienkäfer) en Engels (ladybird, in Amerika veranderd in ladybug, wat eigenlijk juister is); de tweede in het Nederlands en Frans (bête à bon Dieu, al is coccinelle gebruikelijker). De Franse naam is in het Iers verbasterd tot bóín Dé, wat ook Gods koetje kan betekenen.

Dat wisten jullie zeker ook allemaal niet over dit lieve kleine LHB...

en dan de sprinkhaan, wat heb je daar een soorten in.
Heb even gezocht maar ben er maar mee gestopt, dus als je de naam weet van deze springers, dan wil ik dat er wel graag bijvermelden.



En er was er een die het wel leuk vond om even op de fototas te gaan zitten. Geeft toch een ander soort foto dan op een mooi bloempjes...;-)

Het was een leuke dag, vooral ook om weer even op bodem te komen waar ik als kind uren bezig ben geweest.