Boerenzwaluw

10-07-2010
Ben al een paar weekjes pa en ma aan het proberen op de foto te krijgen bij het nest, maar ze zitten onder een uitbouw van een woonark en daar kan ik niet onder komen met de camera. Kan ze in de haven zien vliegen en op een zaterdag – uitvliegdag – zaten er een paar meer in de haven…de eerste vliegles was vandaag. Op de landvasten zitten ging prima maar op de railingen van de boten was nog niet zo’n succes. Er glee er wel eens eentje van af. Om de groep bij elkaar te houden op zo’n moment was heel hard werken voor de ouders. Ben op een steiger gaan zitten vlak bij het nest, waar ik het minst last had van de boten op de achtergrond en daar gingen nog zitten ook en gelukkig met z’n viertjes. Ben verbrand door de zon maar dat had ik er wel voor over. Om alleen het werken te zien was al een heel mooie moment, ze kwamen af en aan met beestjes in de mond en dan het mikken in de mond van een kleintje, super om te zien. Afremmen in de vlucht, eten geven en weer gaan…

De boerenzwaluw is een kleine trekvogel. Boerenzwaluwen trekken gedurende de lente noordwaarts naar hun broedgebieden in Europa, tot nabij de arctische cirkel. Zijn sierlijke snelle vlucht is bij ons gedurende de hele zomer te zien. Zijn lange vleugels en zijn slanke lijf maken hem zeer geschikt om in de lucht achter insecten aan te jagen. Dan is zijn glanzende metaalblauwe verendek goed zichtbaar en vallen ook zijn uitstekende buitenste staartpennen meestal wel in het oog.
Lengte ca 19 cm, staart meegerekend. Lange diep gevorkte staart met zeer lange buitenste staartpennen. Donker metaalblauw glanzende bovendelen. Voorhoofd en keel zijn roodbruin. Verder crèmekleurig witte onderdelen, een blauwzwarte kropband en een zwarte snavel. De staartpennen van het vrouwtje zijn doorgaans iets korter dan die van het mannetje. Juveniele (= onvolwassen) vogels zijn wat doffer en bruiner en ook hun staart is wat korter.




De boerenzwaluw leeft meestal in groepjes. In de herfst verzamelen ze zich tot grote groepen alvorens naar het zuiden te gaan..


Een hoog tri-triet, dat vaak overgaat in een druk gekwetter. Vaak tijdens de vlucht te horen. De zang is een aangenaam mengsel van helder kwetterende en kwelende tonen, soms eindigend met een kenmerkend geknars.


Muggen, motten, vliegen en kevertjes die hij al vliegend met zijn brede snavel uit de lucht vangt. Water drinken doet hij ook tijdens de vlucht door laag over het water te scheren en dan het water met zijn bek op te scheppen.



Hij bouwt nesten in boerenstallen, onder bruggen en afdaken. Gewoonlijk worden 4 of 5 eieren gelegd, maar heel soms worden er wel eens 8 eieren in een nest aangetroffen. De broedtijd is 14 tot 16 dagen, meestal broedt alleen het vrouwtje, het mannetje blijft wel in de buurt. Als de eieren uitgekomen zijn dan worden de jongen door beide ouders verzorgd. Na ongeveer 21 dagen verlaten de jongen het nest. Er zijn twee en soms drie legsels per jaar. Meestal komen de zwaluwen na de overwinteringsperiode in Afrika weer terug op hun oude nest.



Het nest wordt door de boerenzwaluw zelf gebouwd. Het is een halve cirkelvormige kom welke van boven open is. Het nest wordt gemetseld met vochtige aarde en speeksel en verstevigd met halmen en haar. De binnenkant wordt gevoerd met veren en haartjes. Het nest wordt altijd zo geplaatst dat er een dak, brug of dakgoot boven zit zodat het nest vanuit de lucht niet kan worden gezien. In de tijd van de nestbouw is de zwaluw regelmatig op de grond te zien om aarde en ander nestmateriaal te verzamelen.



Vanaf augustus beginnen al vogels zich al te verzamelen boven moerassen en meertjes, daar waar veel insecten zitten. Ze slapen dan in het riet. Ze trekken weg in september en oktober en keren eind maart, begin april weer terug. De meeste vogels trekken naar Afrika tot beneden de Sahara. Maar ook India en Zuid Spanje zijn plaatsen waar ze kunnen overwinteren.







Tot de volgende...