Rond de klok van 10uur vertrekken we weer uit het hotel, er is een beetje een twijfel waar we vanavond slapen. Schijnbaar is er een mailrond gegaan en niet iedereen heeft deze ontvangen. We moeten naar een hotel in Soltau. Even snel iedereen een foto met de mobiel gemaakt van het adres en daar gaan we dan.
Vanuit Soltau rijden we verder over de 71 richting Munster, daar is een watermolen, de Münster Wassermühle, zie andere blog, en een heel mooi park.
De Ollershof vormt samen met de St. Urbanikerk, de watermolen en de faciliteiten van de openbare bibliotheek het historische en culturele centrum van Münster.
Het Ollershof omvat ook de Wagenremise, het Backhaus, de Treppenspeicher en de varkenshokken.
Wanneer we daar zijn uitgekeken, dat duurt altijd wel even bij mij...rijden we verder over de 71 richting Velzen.
Bij Velzen rijden we de 191 op richting Dannenberg.
Met mooie landschappen om ons heen.
Prachtige velden met zonnebloemen en weg wijzigingen met molenbordjes er onder.
Volgens mij heb ik niet alle molens in mijn voorbereiding kunnen vinden. Duitsland heeft niet zoals bij ons een molendatabase.
Even iets voorbij Dannenberg ligt de Elbe Brücke, dan ligt de spoorbrug er ook vast dichtbij.
Het was even zoeken hoe we er moesten komen maar met een beetje nadenk werk hadden we het toch nog snel gevonden.
Het is inmiddels rond de klok van 1/2 1, denk wel dat we goed op schema liggen.
De Elbespoorbrug Dömitz was een 986 meter lange spoorbrug over de Elbe en was een van de langste machtsbruggen in Duitsland. Het gedeeltelijk verwoeste gebouw is gelegen nabij Dömitz en was onderdeel van de spoorlijn van Wittenberge tot Lüneburg.
Het spoorwegviaduct werd in de jaren 1871 tot 1873 gebouwd als dubbelsporige brug.
De Berlijnse ingenieur Häseler ontwierp het gebouw, het bouwbedrijf van de brugconstructie, de Harkort-fabriek van Johann Caspar Harkort uit Duisburg, bouwde het.
Na een luchtaanval op 20 april 1945 stortte de oostelijke bovenbouw voor de draaibrug in de Elbe neer. Omdat het gebouw de Duits-Duitse grens overschreed, was er geen reconstructie.
In 1978 werden vanwege de instortingsgevaar de resterende drie machtbruggen en hun pilaren afgebroken. In 1988 gevolgd door het oostelijke deel met de draaibrug en de bijbehorende voor oeverbruggen.
Tegenwoordig zijn er nog steeds de 16 westelijke voorlandbruggen met het bijbehorende bruggenhoofd, tegenwoordig zijn het monumentale gebouwen.
In 2009 werd de brug aangeboden door de eigenaar, de Deutsche Bahn, de hoogste bieder kon het kopen. De veiling van de brug, met inbegrip van meer dan 70.000 m2 werd gehouden op 10 april 2010 in Berlijn.
Het minimum bod bedrag bepaald door het veilinghuis was €19.800. Het contract is toegekend aan een Nederlandse vastgoedonderneming voor een bedrag van € 305.000,00
De brug die we straks over moeten.
Voordat we in Ludwigslust aankomen neem ik nog even een kijkje bij het Karstädt Dorpkerkje.
Het is inmiddels half 2, en we moeten nog naar Kasteel Ludwiglust, even de tijd in de gaten gaan houden.
Al in 1534 wordt Karstädt genoemd als de dochterkerk van Laasch.
De huidige kerk is een rechthoekige bakstenen raamwerk op een veldstenen fundering met veelhoekige oostkant en een klokkoepel op de westgevel.
De bronzen bel draagt de inscriptie "HET DORP CARSTAEDT HEEFT DIE KLOK IN 1759 BETAALD".
De deur is drievoudig vergrendeld. Op het tweede slot zitten de rechthoekige driestroken ramen. De oostelijke muur is zonder ramen.
Het interieur is bedekt met een plat houten balkenplafond. Het interieur komt uit de jaren zestig, het altaar, de preekstoel zijn gemaakt van hout.
Nadat we dit weer bewonderd hebben gaan we naar Kasteel Ludwiglust.
Een hele toer om daar te komen. Met Pinokkio over de wegen van keien te rijden is geen pretje. Een iets beter uitgevoerde auto met goede vering is wel prettig. En wanneer we op de terug weg denken, door een andere snellere weg terug te rijden, moeten we door een weg omleiding weer de zelfde weg terug naar het Kasteel en daar een klein weggetje in om bij de provinciale weg uit te komen.
We konden naast het Kasteel parkeren dat was geluk hebben. Een mooi overzicht van wat we eerst willen gaan zien, doen we rechts of doen we links...
We doen eerst maar een kijkje bij het Kasteel....
Het Ludwigluster Schlosspark bestaat uit een oppervlakte van ca. 120 hectare en is daarmee het grootste aangelegde park in Mecklenburg. In alle seizoenen nodigt het kasteelpark je uit om lange wandelingen te maken, met op elke hoek weer een prachtig uitzicht. Weerspiegelingen van wateroppervlakten, verschillende oude en zeldzame bomen en sierheesters.
Het barokke park is ontstaan tijdens de bouw van het kleine jachthuis onder Christan Ludwig II in de jaren 1731-1735. Omdat er in dit gebied nauwelijks water beschikbaar is voor zo'n groot park, werd tussen 1756 en 1760 een kanaal van 28 kilometer aangelegd, dat het water voor de waterspelletjes en de watervallen voor het kasteel brengt. Alle waterpartijen van het kasteelpark krijgen de nodige druk vanwege het natuurlijke verloop van het kanaal.
Het kasteelpark werd keer op keer vergroot. Het park beleefde zijn grootste transformatie door de Pruisische tuindirecteur Peter Joseph Lenné in het midden van de 19de eeuw van 1852 tot 1860. Niet alleen de flora van het kasteelpark is het bekijken waard, ook een aantal gebouwen in het park zijn bijzonder fraai om te zien.
Het royaal ontworpen paleis plein wordt gedomineerd door de watervallen van het stroombekken, gecreëerd door de Boheemse beeldhouwer Rudolf Kaplunger tussen 1780 en 1785.
Met deze cascades van zandsteen worden de originele houten cascade vervangen. De beelden vertegenwoordigen de riviergoden van Rögnitz.
In 2008 vond voor de eerste keer een grondige renovatie van de cascade plaats, niet alleen de cascade, naar ook de figuren worden weer als nieuw opgepoetst. De waterpartijen zijn niet alleen het bekijken waard in de zomer, op koude winterdagen, zijn de waterpartijen ijzige kunstwerken.
In een rechte lijn tegenover het kasteel staat het monumentale stadskerk gebouwd tussen 1765 en 1770 volgens de plannen van bouwmeester Johann Joachim Busch.
De oude Klenow-kerk voldeed niet aan de groothertogelijk beweringen en werd gesloopt. Nog voordat het kasteel werd gebouwd, liet de grootvorst dit prachtige gebouw bouwen, waarvan de neoclassicistische vormen met barokke invloed en op de veranda ondersteund door zes Dorische zuilen.
De stadskerk heeft op zich iets "tempelachtig", niet typerend voor Noord-Duitse stadsgezichten. Naast de machtige pilaren, kan je vanuit de verte de bezienswaardigheid van de kerk zien: het Christogram - de twee Griekse letters van de naam Christus: Chi en Rho.
De daken van de kerk zijn versierd met vier beelden, gemaakt van beelden van zandsteen evangelisten door de beeldhouwer Johann Eckstein.
Niet alleen de externe blik verbaast de toeschouwer; het interieur van de kerk wijkt af van de gewoonten van Mecklenburg.
Allereerst zien we een gigantisch schilderij dat de geboorte van Christus afbeeldt voor de herders op het gebied van Bethlehem. Johann Findorff schilderde alleen het bovenste deel van het schilderij, Johann Heinrich Suhrlandt voltooide het na 30 jaar.
Het heiligdom wordt opgetild in tien treden, leidend naar de beide zijden van brede zwaaitrappen.
Naast het kruisbeeld is het altaar versierd met zes vergulde grote kandelaars, die nog steeds afkomstig zijn van de voormalige fabriek van Ludwigluster-papier-maché. In het midden voor het altaar staat de preekstoel. Het interieur herhaalt in dezelfde as het arrangement van de troon en het altaar, zoals het kasteel en de kerk. Achter het altaarstuk, verspreid over twee verdiepingen, bevindt zich het orgel.
Langs de wanden van de kerk staan acht kolommen elk, die de monumentale indruk van deze kerk bevestigen.
In het midden van de kerk, onder een granieten sarcofaag, ligt hertog Frederik de Vrome, de stichter van de kerk.
Wanneer we al dit moois gezien hebben rijden we door naar Plau am See.
Onderweg even een kleine oponthoud maar dat mag de pret niet drukken.
Vliegveld van Parchim....
Rond kwart over 4 rijden we Plau am see binnen.
Maar hoe komen we bij de stalen sluis brug.
We parkeren vlak bij de haven en gelukkig is het niet zo groot, dat we alles makkelijk lopend kunnen doen.
Eerst even genieten van het mooie uitzicht bij de vuurtoren.
Heerlijk dat er een klein windje staat.
Plau am See is een gemeente in Duitse deelstaat Mecklenburg-Voor Pommeren, en maakt deel uit van het Landkreis Ludwigslust Parchim.
Plau am See is een door de staat erkend kuuroord, met een prachtige jachthaven in deze plaats.
De Elde is met 208 kilometer de langste rivier in de Duitse deelstaat Mecklenburg-Voor Pommeren. De rivier ligt in het zuiden en zuidwesten van de deelstaat en verbindt het gebied rondom Müritz met de Elbe.
Plau am See heeft een blauwe brug die een persoonlijke charme heeft en deze is gelegen in het centrum aan de kleine haven en levert een uitstekende plek om te verblijven, met cafés om zich heen.
Prachtige uitzicht op het water en de blauwe metalen beugels maken het mogelijk om met de boot er onder door te varen en met de auto door het plaatsje te rijden.
In 1916 was er nog een houten ophaalbrug, die werd vervangen door de huidige versie.
In 2000 is de brug aangepast naar de hedendaagse technologie. Vroeger moest de arme sluiswachter heen en weer fietsen en zich haasten om de hefbrug te bedienen vanuit het mooie huisje op de brug, tegenwoordig moet je je zelf aanmelden met de mobiel, net zo makkelijk, allemaal op afstand bedienbaar.
Na het plaatsje Plau am see gaan we richting Krakow am see via de 103 en daar zakken we weer naar beneden via L204 om naar de herderbeuk te rijden.
De weg er naar toe is goed te doen, bijna bij de beuk is het voor de auto niet meer echt goed toegankelijk.
De herderbeuk is een Europese beuk in de gemeente Dobbin-Linstow van het district Rostock. Met een omtrek van meer dan acht meter en een hoogte van 23.20 meter een van de grootste beuken in de deelstaat Mecklenburg-Vorpommern.
Het opmerkelijke en bijzondere monument in de Feldmark werd in 1987 door een beslissing van de Kreistag Güstrow als natuurmonument aangewezen.
De polyklonale boom bestaat oorspronkelijk uit drie kernen. Zijn leeftijd wordt geschat op ongeveer 200jaar. Het is onduidelijk of het een tuftplanting of een natuurlijke groei is.
De beuk wordt aangetast door de schimmel van de brandkorst, die een zachte rotting veroorzaakt en het risico op breuk vergroot.
Hoewel er een zware last is uitgebroken, vertoont de boom een goede vitaliteit.
Om de gevarenplek te vermijden, werd het passerende fietspad Berlijn-Kopenhagen verplaatst.
De naam van de boom zou het gevolg zijn van het feit dat herders en kudde bescherming zochten onder de spreidende kroon.
En zo rijden we rond kwart voor 6 richting hotel.
En omdat we binnen door gaan naar ons hotel komen we op fijne smalle wegen te rijden met hier en daar een kleine glooiing.
En gelukkig zijn we op tijd voor het eten ...
Hotel:
Golfhotel Serrahn
Dobbinerweg 24
D-18292 Serrahn
D-18292 Serrahn
Gereden kilometers: 242 kilometer
Roadtrip Rügen:
Dinsdag 29-08-2017: van Soltau naar Serrahn
Zondag 03-09-2017: van Hermannsburg naar Huis
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Bedankt voor je bezoek en leuk dat je even de tijd neemt om een berichtje achter te laten!
Thanks for visiting my blog and leaving a comment!